Dag in dag uit zijn ze bezig om anderen de meest smakelijke gerechten voor te zetten, maar wat lusten de horecaondernemers uit het Industriegebouw zelf eigenlijk graag? Culinair journalist Lot Piscaer vroeg Eva Eekman (Héroine), Dennis Ebeli (Alfredo’s Taqueria) en Ruben Venema (by Jarmusch) naar hun ideale eetdag.
First up: Dennis Ebeli van Alfredo's Taqueria! In zijn kleurrijke Taqueria aan de Rotterdamse Goudsesingel gaan de gasten los op carnitas, tequila en mezcal. Thuis zit familieman Dennis netjes aan de Hello Fresh. Zijn grote vice:"Ik hou van carbs. Ik denk dat carbs ook van mij houden."
Dennis begint bij zijn ochtenden: "De meeste weekdagen volg ik een redelijk gestandaardiseerd eetpatroon. Ik begin met Alpro kokosyoghurt met zadencruesli en fruit. Ik vind kokos zo heerlijk; als ik een cappuccino bestel, dan drink ik hem kies ik waar het kan ook kokos- boven koemelk. In het weekend start ik het liefst een goede boterham van het Vlaamsch Broodhuys met een perfect gegaard roereitje met ham. Dat is nog lastig hoor, want het ei moet natuurlijk wel stollen, maar niet hard worden. Als hij hard wordt kan je hem net zo goed weer weggooien. Ik doe er niet veel boter bij, want als je hem goed gaart, dan hoeft hij niet per se nog romig of vet te worden, dan is hij van zichzelf al heel smeuïg. Toen ik klein was at ik niet zo veel, want ik was grappig genoeg een moeilijke eter. Roerei met ham lustte ik wel, dus misschien is het dit jeugdsentiment dat het nog altijd zo lekker laat smaken.” Afijn, Dennis en zijn familie streven ernaar om ieder ontbijt zo lekker te maken als een Paasontbijt: “Sterker nog, het komt wel eens voor dat met Pasen ons ontbijt minder uitgebreid is dan de rest van het jaar, omdat het bijvoorbeeld net onhandig uitkomt.
Eerlijk: als het niet ongezond zou zijn, zou ik ‘s ochtends ook wel een bord pasta of nasi kunnen eten. In Mexico starten mensen ook stevig, misschien hebben mijn roots er dus een beetje mee te maken. Daar ontbijten we met chilaquiles, een soort tortillachips met salsa verde, room en vaak gaat er ook nog kip en ei overheen. Dat is trouwens wel echt een gerecht dat ik mis; je kunt dat hier nergens eten.” En zelf thuis maken? “Neuh, dat is me te veel gedoe”. We gaan door naar de lunch. Dennis vervolgt zijn verhaal: “als ik thuis ben eet ik goed brood met lekker beleg. Goed brood is altijd cruciaal, maar nog eens extra als ik mijn lievelingsboterham maak: een geroosterd bammetje met pindakaas en sambal badjak of oelek. Als je dit op fabrieksbrood gaat doen wordt het een soort crêpepapier, een slappe hap. Als ik op de zaak ben, haal ik wel eens een broodje van Boguette. De five spice chicken natuurlijk, dat is voor hem een no brainer. Ik spreek ook nog altijd graag af bij Picknick, want zij hebben nog steeds de lekkerste scones van Rotterdam. Zit ik in mijn sportfase, dan wil ik ook nog wel eens de oosterse Albert Heijn salade met garnalen kopen. Dan heb ik het gevoel dat ik wat minder carbs binnenkrijg. Want ja... Ik hou wel echt van carbs”, zucht Dennis. “En ik denk dat carbs ook van mij houden, net mijn geluk.”
We gaan alweer richting het diner. Dennis:” Om half vijf gaan we in het restaurant personeelseten en dat is doorgaans heel gevarieerd. Van Aziatisch tot pasta’s en tussendoor allerlei dingen die de keuken wil uitproberen. Ik prik dan altijd een klein vorkje mee, een kwart bordje zeg maar. Daarna ga ik thuis koken voor mijn kinderen en vriendin. Inmiddels zitten we vier dagen per week aan de Hello Fresh. Ik heb er een handje van om veel te veel te maken, een half pak spaghetti maken zit niet in mijn systeem. Echt, ik heb nog nooit voor minder dan vier personen gekookt, dus at ik ook eigenlijk standaard te veel. Bij Hello Fresh is alles zo mooi afgemeten, dat ik veel minder eet en we ook nog eens weinig weggooien. Verder koop je er natuurlijk vooral soort van headspace mee: ik hoef zelf niet meer over na te denken en het is ook nog eens redelijk gevarieerd. Alleen maar voordeel dus, man, het lijkt wel een reclamecampagne dit”, lacht Dennis. Overigens is het niet allemaal perfect hoor, ik vind het ook leuk om de Hello Fresh op te funken. Dan kijk ik wat erin zit en dan volg ik het recept niet, maar maak ik zelf een variant. Onze kinderen eten gewoon mee met wat de pot schaft. Als ze iets niet lekker vinden, vinden ze het niet lekker. Niets aan te doen, we doen daar niet panisch over. Als het weekend nadert gooi ik de boxen overboord en ga ik weer zelf iets te bedenken. Vaak maak ik de dingen die ik zelf het lekkerst vind en daardoor blijf ik met name in de Aziatische en Italiaanse hoek. Niks mis mee, je kan niet in alles pieken”. Uit eten gaat het gezin Ebeli ook: “Iedere maandag eten we bij mijn ouders. Mijn moeder experimenteert meer in de keuken dan ikzelf; bij haar vliegen de Ottolenghi-gerechten je om de oren. Zo hebben we op maandag altijd het gevoel dat we een beetje uit eten zijn.
We hebben dus een dochter van 2,5 en een zoontje van 5 maanden, dus er is een before and after wat betreft ons eetleven buiten de deur. La pizza blijft gelukkig een no-brainer. Je kunt last minute gaan, en toch kun je altijd iets goeds verwachten. Iedereen wordt er altijd blij: het watertje, het olietje, het brood, heerlijk. Van de kaart is de pulpo is mijn favoriet, die is zo lekker. We bestellen altijd een aantal voorgerechten, en daarna nog een pizza, waar mijn vriendin dan eigenlijk geen ruimte meer voor heeft. Maar de pizza moet wel komen, want, tja… pizza. Overigens vind ik de centrum-locatie wel veel leuker dan Blijdorp, maar dat komt omdat ik in Blijdorp op het Montessori Lyceum zat. We gingen toen bijna elke pauze en tussenuur naar de brasserie die er toen zat voor een pistoletje met een kroket. Als ik nu die La Pizza binnenstap, denk ik automatisch aan een pistoletje kroket en dat krijg ik niet uit mijn hoofd, het is een gewoontedierreflex. Tai Wu is de andere zaak waar ik graag kom, ook gouwe ouwe, altijd goed. Dus dat zijn de twee restaurants zijn waar ik het meest naartoe ga, ook met de kinderen”.
Terugkijkend op ons gesprek zegt Dennis: "Ik weet niet of ik in de ideale wereld iets anders zou doen als het om eten gaaat. Ik zou wel wat meer fruit willen eten. Het is echt zo lekker als dat voor je klaargemaakt is, maar ik heb nooit zin om zelf vier verschillende soorten fruit te gaan schillen en te snijden. Verder heb ik dus een zwak voor carbs. Voor mij geldt: liever een bordje extra dan een bordje te weinig, dat zal ik wel van thuis hebben meegekregen. Shared dining vind ik daarom ook een lastige: een tafel vol met eten vind ik fantastisch, maar vaak komt er helemaal geen tafel vol overdadige borden, maar wat mini-schoteltjes met drie dingetjes erop. Die uitgemeten porties vind ik gewoon minder gezellig. Ga je met je vrienden allemaal kleine culinaire hapjes met elkaar eten, of zet je heel de tafel vol met schalen vol met eten? Altijd liever het laatste toch?"
Culinair hoogtepunt van het jaar
"Ons jongste kindje is vijf maanden, dus een culinair hoogtepunt is als iedereen überhaupt lekker aan het eten is. Daar worden we nu het gelukkigst van. Een persoonlijk hoogtepunt was toen Feyenoord de kampioenswedstrijd speelde. We hadden we voor heel de familie en aanhang een goede reistafel gehaald bij Toko Jeanny op de Teldersweg. Alles was die avond precies goed! Eten is voor mij emotie, dus het kan ook te maken hebben met de uitslag van de wedstrijd, maar het smaakte me perfect.”
Next up: Eva Eekman van Héroine, De Matroos en het Meisje & Putaine. In haar fine-diningrestaurants schitteren ingrediënten als lievevrouwebedstro-olie en zijn spiesjes van gegrilde zwezerik de norm, maar als je het aan Eva Eekman vraagt wil ze gewoon 'een bord met iets lekkers': "Ik zit in mijn broodje bakkeljauw-met-pindasaus-fase".
Eva vertelt: "’s Ochtends heb ik een heel regelmatig patroon. Rond half 7 sta ik op en ga ik even sporten, want dan kan ik gedurende de dag meer aan. Daarna maak ik mijn eigen mix met biologische pitten, noten en zaden. Daar doe ik volle melk en wat fruit bij. Ik drink Green Balance van Yogi Tea uit een halvelitermok van Ikea; zo'n klein kopje vind ik maar niks. Om het af te maken pak ik mijn vitaminepakket erbij, lekker alles in één zakje, dan hoef ik niet in al die potten te duiken. Ik weet natuurlijk niet of het werkt, maar ik ben in ieder geval nooit ziek.”
We gaan door: “Mijn middag is minder voorspelbaar. Wat ik eet ligt er maar net aan waar en met wie ik ben. Bij Putaine is er om half twaalf een personeelslunch en die bestaat altijd uit brood met dezelfde soorten beleg. Soms heb ik daar geen zin in en ga ik iets halen. Ik zit nu in mijn broodje bakkeljauw-met-pindasausfase; een ongebruikelijke combinatie, ik weet het! Sommige toko's, zoals de Fafi, weigeren het ronduit te serveren. Bij Chinny's moeten ze erom lachen, maar ik krijg het daar wel. Even voor de duidelijkheid: het is dus echt super-super lekker: de bakkeljauw is heel hartig en de pindakaas maakt het ook nog eens smeuïg. Het is een oude gewoonte uit de tijd dat ik naar de Vibes ging. Een andere guilty lunchpleasure, is het broodje tonijntataki van Rolph’s Deli. Die haal ik maar heel soms, want die is zo duur, dat gaat gewoon nergens over. Achttien euro voor een broodje…, maar ik moet zeggen, hij is wel echt heel lekker.”
Andere lunchfavorieten van Eva? De vegetarische noodlesoep van Yellow River met daarbij zoete koolrabi en aardappelsliertjes van de saladebar. “Heerlijk”, zegt ze blij. “Vroeger ging ook graag naar Beijing Bao, jammer dat die weg is. Nu kom ik weleens bij Cate Dak en eet ik de drie-in-één chef's special. Ik vind het heel lekker, maar wel moeilijk eten hoor; ik kan er niet heen met een wit shirt. Soms probeer ik het weer eens met stokjes, maar die noodle is één lange sliert…” Ze is ook een graag geziene gast bij de Urban Espresso Bar in West. “Daar eet ik zo’n zachtgekookt eitje met brood. Nu ik dit allemaal vertel, realiseer ik me dat ik ‘s middags veel afhaal en buiten de deur eet”, lacht Eva. “Ik probeer heus ook weleens zelf iets mee te nemen, een stokbrood met een sardientje ofzo, maar die fase gaat altijd snel weer voorbij.”
Hoe zit het met de tussendoortjes? Eva: “Ik drink veel cappuccino met havermelk. Water probeer ik wel, maar vergeet ik vaak. Qua wijn ben ik over naar de dark side, oftewel natuurwijn, maar niet die hele zure hoor. Funfact: als we op vakantie gaan naar Frankrijk, dan neem ik altijd mijn eigen wijn mee. Op de wijnafdeling van de Franse supermarkt krijg ik tussen de 800 soorten rosé enorme keuzestress. Ik ben gelukkig niet echt een snoeper, maar ik heb wel een rare fetisj voor onrijp, hard fruit: een groene banaan, of van die zure mango's. Ik houd ook verschrikkelijk veel van harde nectarines, dat je je tanden erin zet en dat knapperige voelt, hmmm. Tijdens het hardlopen eet ik soms van die gelletjes en die zijn zó goor. Kan iemand alsjeblieft in dat gat springen en van die dingen iets hartigs maken?”
De eetdag vordert, we gaan richting de avond. Eva: “Als ik in een van mijn zaken ben, gaan we 's avonds al vroeg personeelseten. Daar zit wel veel variatie in: altijd groentes, altijd salade, wat vis of vlees en natuurlijk vega-opties, want veel van onze collega’s zijn vegetariër. Vroeger was het onder horecapersoneel altijd kipschnitzel wat de klok sloeg, ik kon geen kip meer zien en ik ben blij dat dat bij ons anders is. Wat trouwens grappig is, is dat iedereen heel snel eet. Binnen een kwartier zijn we klaar, dan kan iedereen nog even zelf chillen, koffiedrinken, of roken.”
Eva vervolgt: “Drie of vier dagen per week eet ik thuis met mijn kinderen. Dan maak ik eerst een snackboard met gezonde snacks: tomaat, komkommer, cashewnoten, wortel. Daarmee blijf je de beruchte hongerklop bij kids voor, en je weet meteen dat ze hun vitamines binnen hebben. Als ik dan aan het koken ben mogen zij een half uurtje tv kijken en zitten ze gedachteloos en zonder morren alles weg te werken. We eten thuis veel groenten. Bij ieder gerecht maak ik wel iets van haricots verts of broccoli. Wat we allemaal lekker vinden is een soort koolrabi-patat met venkel, citroen en zout, maar waar je me niet blij mee maakt is aardappel. Ik ben echt geen fan, misschien heb ik al teveel aardappel gegeten in mijn leven? We eten thuis bijna geen vlees; het enige waar ik me wel schuldig aan maak - en waar ik ook nooit mee ga stoppen - is spekjes. Ik hou van spekjes, ze maken alles lekkerder! De Beyond Meat-burgers vinden we een goed alternatief voor supermarktvlees.”
“Ik moet zeggen dat ik bij het thuis koken wel snel in dingen als tomaten-tonijn-pasta verzand. Dat heb je met kinderen: hoe ingewikkelder je het maakt, hoe minder enthousiast ze reageren. Af en toe vraag ik daarom kook-inspiratie aan hun vader, die maakt namelijk in een handomdraai lekkere dingen. Hij is erg bezig om de kinderen hun eigen smaak te laten ontwikkelen. Dan zegt hij: “kom, dan gaan we even proeven wat verschillende kruiden met een gerecht doen. Of ze maken samen dressing en vraagt hij: moet er meer mosterd in, of meer azijn? Ook leuk: zijn patattest! Dan gaan ze overal een patatje eten om te kijken waar ze de lekkerste hebben.” Als ze niet aan het werk is én niet hoeft te koken, gaat ze natuurlijk ook graag uit eten, maar écht fancy hoeft het niet te zijn: “Ik heb over de hele wereld gegeten, ook voor heel veel geld, maar ik moet zeggen dat daar wel een beetje af van ben. Het klinkt snobbistisch, maar ik eigenlijk gewoon een bord met iets écht lekkers. Zo ga ik met veel plezier naar klassiekers als de Viskantine aan de Cool of La pizza. Pele Surf Shack in Hoek van Holland vind ik ook heel leuk. Hoe druk het daar ook is, ze blijven altijd aardig, snel en lijken nooit gestrest, net zoals bij bij La Pizza. Ik vind dat knap, die stabiliteit.
Vanavond ga ik bij Diep Noord eten; dat is natuurlijk al iets meer poespasserig, maar wel in een laagdrempelige setting. Om diezelfde reden vind ik Rotonde ook sympathiek. En Marseille, met die heerlijke chaos van de Kruiskade.”
Eva besluit: “Eigenlijk zit al heel dicht bij mijn ideale eetdag, realiseer ik me nu. De laatste tijd denk ik wel steeds vaker: ik zou zelf wel een snackbar willen. Dat komt denk ik voort uit de moeilijke periode waarin we nu als horecaondernemers zitten: we hebben een lange zware tijd gehad en de marges zijn zo klein. Iedereen die ik spreek wil wel weer terug naar iets minder gedoe; zodoende fantaseer ik over die snackbar.”
Culinair hoogtepunt van het jaar
“Voor mijn verjaardag ging ik met vrienden lunchen bij restaurant Clamato in Parijs. Toen hebben we gewoon de hele kaart besteld, een fles pet nat erbij... genieten!”
Last up: Ruben Venema van by Jarmusch en de Maaskantine. Gebakken eieren met spek, wafels met kip en stapels en stapels pancakes met ahornsiroop: het menu van by Jarmusch verschilt nogal van de eetgewoontes van eigenaar Ruben Venema. "Die smoothie vind ik heftig ongezellig, maar ik drink ze wel."
Als we vragen hoe de eetdag van Ruben begint, wacht ons een verrassend antwoord: "Ik start de dag met het maken van twee liter smoothie. Twee liter, ja. Dat is veel, maar daar doe ik wel de hele dag mee. De eerste liter drink ik als ontbijt, niet in een teug hoor, maar over een periode van een uur. Tussendoor doe ik wat rek en strekoefeningen en lees ik wat.”
“Van mijn moeder heb ik een basis meegekregen over gezond eten. Ze leerde me hoe je ervoor zorgt dat je dieselmotor de juiste diesel krijgt. Twee jaar geleden ben ik daarnaar teruggegaan. Ik moest toen echt naar mijn lichaam gaan luisteren, want ik merkte dat ik wat groter aan het worden was en ik voelde me niet zo fit. Ik ging toen voor de marathon trainen, en dacht: ik ga iets voor mezelf ontwikkelen waarin alles zit wat ik nodig heb en waar ik me goed bij voel. Voor iemand die heel veel heen en weer gaat tussen verschillende zaken waar vooral bacon op het menu staat, is een voedzame bodem heel prettig. Ik heb collega's die vaker dan niet vergeten te eten en ik wilde dat niet meer voor mezelf. Ik heb een dure blender gekocht en heb de ideale mix weten te vinden. Men neme: een halve komkommer, 250 gram spinazie, een winterpeen, stukje gember, een rauwe biet, water, havermout, hennepzaad, chiazaad en lijnzaad. Dan een banaan, wat blauwe bessen en tenslotte gaat er nog een schep spirulina bovenop, voor de proteïne. Als ik nog fruit heb liggen, blend ik dat er ook door. Het is met z’n groen-grijze kleur niet heel mooi om te zien, maar het is wel gezond en vullend. De textuur wil ik heel fijn, zonder stukjes erin. Vroeger had ik een andere blender en dan moest je echt kauwen op je sap, daar had ik geen zin meer in!”
Ontbijt dus, nu de lunch. Ruben: “Dat is dus die andere liter van de smoothie. Daar gooi ik nog een schep extra proteïne in en dan gaat ‘ie mee naar mijn werk. En dat is dus wat ik dan consumeer op een dag. Naast koffie en water, en soms een cherrytomaatje of stuk komkommer tussendoor. Als ik dan één dingetje in mijn dag is wat niet helemaal 100% gezond is... dan is dat, zo rond een uur of vier, een lekker versgebakken stukje bananenbrood. Het liefst die van Jordy's, vegan, echt heel lekker!”
Ruben licht toe: “Het klinkt saai, maar mijn 37-jarige lichaam is hierdoor wel het lichaam van een 30-jarige geworden. Het heeft me geholpen om in april de marathon uit te kunnen rennen. Ik merkte al snel dat ik er zowel geestelijk als lichamelijk echt een heel stuk frisser van werd, en toen ik me dat besefte ben ik ook gestopt met alcohol drinken. Dat was in november 2022, ik had een gigantische kater en dacht: “ik wil dit niet meer.” Op dat moment besloot ik te stoppen met drinken en heb ik nooit meer achteromgekeken. Als ik nu wakker word, ben ik er ook echt, zonder opstartproblemen of tegenzin. Ik heb een paar extra uren in mijn dag gekregen en dat vind ik erg prettig.”
Als we ons afvragen of Ruben ’s avonds ook nog een liquid dinner naar binnen werkt antwoordt hij: “Nee, ‘s avonds eet ik wat ik wil. Die vrijheid is fijn, omdat mijn structuur verder best rigide is. En omdat ik mijn lichaam overdag precies heb gegeven wat het nodig heeft, grijp ik niet heel snel meer naar vette, ongezonde dingen. Je hebt in principe alles al afgetikt. Ik probeer sinds ik gezonder leef zoveel mogelijk vegetarisch te eten en ik merk dat hierdoor mijn behoefte naar vlees vanzelf is afgenomen. Als je een beetje kunt koken en een beetje met kruiden leert spelen, kun je vleesvervangers als tofu en tempeh heel erg lekker maken. Ik vind het leuk om te zien dat als je echt voor jezelf zorgt, dat je dat ook terugkrijgt. Je lichaam is een bijzondere machine!” Wordt er ook buiten de deur gegeten? Natuurlijk wel, maar vooral ook om de ervaring en het samenzijn. Ruben: “Uit eten gaan is natuurlijk altijd leuk. Ik geniet ervan om gezellig met mensen te eten, maar ook om samen te koken. Dat laatste heb ik geleerd toen ik op de kinderopvang in het Oude Westen werkte. We kookten elke woensdag voor de kinderen. Ik woonde toen net op mezelf en had weinig ervaring, dus mijn Antilliaanse en Surinaamse collega's hebben mij alles geleerd. Van waar je je kip moet halen en hoe je die moet wassen tot hoe je het beste kunt kruiden en bereiden. Als iemand bij me komt eten gaan we eerst boodschappen doen en dan samen koken. Het is een sociaal moment: je bent met je handen bezig en al kletsend leer je elkaar beter kennen. Je leert er ook van, want je ziet hoe andere mensen dingen doen. Zo’n avond samen koken is natuurlijk wel totaal het tegenovergestelde van mijn dagelijkse solo-smoothie, die vind ik vooral heftig ongezellig. Maar ik drink de hele dag door koffie met mensen, dus gezelligheid zit gelukkig wel standaard in mijn ritme.
Verder geniet ik er ook van om zo nu en dan buiten de deur te eten: gisteravond ben ik met een vriendin naar Hoek van Holland gereden en hebben we gebakken vis gegeten. Mét remouladesaus, zeker weten. Was het de beste kibbeling die ik ooit op heb? Nee, dat niet, maar er was wel een zonsondergang op het strand, fijn zitten in de branding en het gevoel van vrijheid. Ik vind het fijn dat ik mezelf dat ook gun. Toen ik later die avond thuiskwam van hardlopen, had ik lekkere trek. Ik had nog wat borrelnootjes over van een festival en daarmee heb ik lekker op het balkon gezeten om uit te zweten. Ik zit dan geen calorieën te tellen, want dat zorgt er voor mijn gevoel alleen maar voor dat je jezelf dingen aan het ontnemen bent. Nee, het gaat mij er juist om dat je jezelf dingen tóezegt die goed voor je zijn. Ik ben niet ergens mee gestopt, ik ben ergens aan begonnen...”
Ruben besluit: “Als ik mijn ideale eetdag zou beschrijven, dan zou ik eerst eens even rustig wakker worden bij Man met Bril, gezellig bij Paul. Een bakkie, een sappie en misschien toch ook nog wel mijn eigen smoothie. Dan ga ik naar Sajoer, in Blijdorp, want daar hebben ze de lekkerste acai bowl. Daarna natuurlijk een kop filterkoffie bij by Jarmusch, ik ben erg blij met de blend die we nu hebben: Los Osos uit Colombia. Voor de lunch ga ik naar La Cabane de Fabian, daar vind je beste broodjes van het Oude Noorden. Ze gaan daar niet voor de cash grab, maar voorveel sfeer, veel straat en liefde voor het vak. Ik heb er geen vast broodje, meestal ga ik voor de special. Voor een tussendoortje wil ik langs bij Sue op de Goudsesingel. Ik houd niet erg van chocola, er moet voor mij iets zoets en zuurs bij elkaar komen, zoals bij lemon meringue. Hmmm, ik krijg spontaan water in mijn mond! Goed, dan weer koffie, dat zit er bij mij van huis uit in: mijn moeder had altijd een pot koffie klaar staan. Voor het diner ga ik dan naar Bar Berta. Een bubbeltje om te beginnen, dan foie gras met toast. Zo onverantwoord, maar zo lekker. Is het zomer, dan ga ik nog liever zitten op het terras van Vislokaal Kaap, want ik ben graag buiten. Daar kun je lekker ongedwongen eten delen van een sharing platter. Als kers op de taart zou ik daarna een lekker ijsje halen bij De IJssalon of bij Koen. Ik ben daarin redelijk ‘vanille’: appeltaart, straciatella en gezouten karamel zijn mijn favoriete smaken.”
Culinair Hoogtepunt van het Jaar:
“Ik ben dit jaar heel blij geworden bij het proberen van nieuwe vegetarische bereidingen. Ik vind het mooi om te zien hoe mensen die normaal gesproken alleen burgers bakten, nu op zoek gaan naar alternatieven die ook heel goed smaken, zoals gegrilde watermeloen. Dat is echt nice!”